dinsdag 2 juni 2009

22. Nominatie 2009 - Vader Deon van Moorsel

Juryrapport

Nominatie van vader Deon van Moorsel voor de Vaderdagtrofee m/v 2009

Chronologische beschrijving

Deon is vader van Tessa (9-10-2000). De moeder weigerde aanvankelijk hem het kind te laten erkennen. Wel had hij een regelmatige (elke zondag) omgangsregeling. Het leek de vader weinig zin hebben om onder die omstandigheden verder een punt te maken van gezag en erkenning.

Op een gegeven moment raakte de moeder in ernstige psychische problemen. Hierdoor en door meldingen bij het AMK ( door psychiater moeder, en een anoniem) raakte jeugdzorg bij Tessa betrokken.

De ernst van de problemen van de moeder maakte dat de Raad voor de Kinderbescherming voorstelde Tessa uit huis te plaatsen. Daaraan voorafgaande was er sprake van een crisisplaatsing in een opvanggezin.

De ouders kunnen zich niet vinden in uithuisplaatsing. Met name de vader denkt met behulp van zijn netwerk ( familie en vrienden) de opvang en opvoeding van Tessa te kunnen organiseren. Raad en Jeugdzorg willen hier niet aan. Via een spreekuur van advocaat Jan van Ruth wordt hij opmerkzaam gemaakt op de mogelijkheid om naar België te vluchten. Hij kan zich daar dan immers onttrekken aan het als rigide te kenschetsen beleid van de Nederlandse jeugdzorginstanties.

Deon is aanvankelijk verbaasd over dit advies. Hij kon zich eerst niet voorstellen dat hij de Nederlandse jeugdzorg als zo onredelijk moest beoordelen.

Met behulp van anderen gaat hij toch aan de slag om (juli 2008) aan dit advies uitvoering te geven. Hij krijgt het voor elkaar dat de moeder alsnog akkoord gaat met gezamenlijk gezag en dus ook erkenning. Hij regelt huisvesting in België en haalt zijn dochter weg bij het opvanggezin, waarna hij met zijn dochter in België gaat wonen.

Het dossier van Tessa gaat over naar de Belgische “Comité bijzondere jeugdzorg” die uitgebreid onderzoek doet en geen redenen ziet tot ernstige zorgen, laat staan een indicatie voor uithuisplaatsing. De ontwikkeling van Tessa is inmiddels voorspoedig te noemen.

Wel verloopt de samenwerking met moeder wisselend. Inmiddels vind de moeder dat Tessa wel weer bij háár kan verblijven (let op vast verblijf; het gaat hier niet over omgang). Dit lijkt nu helaas toch te leiden tot een conflict omdat de vader vindt dat moeder eerst beter moet zijn om het volledige verbijf van Tessa te kunnen behappen.

Deon's zaak en die van andere jeugdzorgvluchtelingen heeft inmiddels de aandacht getrokken van de media. Hij kwam zelf aan het woord in een VPRO-radiouitzending in oktober 2008 en in een netwerkuitzending in maart 2009.

In de laatste uitzending kwam zijn zaak niet erg uitvoerig voor het voetlicht hoewel die schrijnender lijkt dan van het andere geval dat een alleenstaande moeder betrof. Op de site van Netwerk is wel een uitgebreider filmpje te vinden, dat veel meer duidelijk maakt.

In de uitzending van netwerk kwamen 3 kamerleden aan het woord (Hamming VVD, Sterk CDA, Bouchibti, PvdA) die stuk voor stuk het vluchten naar Belgie wensten te bekritiseren en deze uitweg wilden gaan blokkeren. Daarbij gingen ze er zonder meer van uit dat de verplaatsing van de case naar België per definitie zou betekenen dat er een verslechtering van de zorg zou zijn die dan zogenaamd niet “in het belang van het kind” zou zijn.

Fleur Agema van de PVV werd ook geïnterviewd, dit werd niet uitgezonden maar wel te zien op de site van Netwerk. Haar reactie is ongeveer conform die van haar collega's,

Marianne Langkamp van de SP reageerde op de website van de SP.

Deon heeft naar aanleiding hiervan correspondentie gevoerd met Marianne Langkamp die als gebruikelijk daarop antwoordde dat ze niet op individuele zaken kon reageren. Wel werd benadrukt dat er een voorstel voor een parlementair onderzoek jeugdzorg ligt. Deon heeft ook met de VVD gecorrespondeerd.

Zelf heb ik naar aanleiding hiervan nog een mail gestuurd naar Marianne Langkamp. Naar aanleiding daarvan kwamen in een uitgebreid gesprek met haar de bekende vooroordelen over cliënten van jeugdzorg weer eens langs. Ze zouden eigenlijk per definitie klagen (de werkelijkheid is waarschijnlijk dat er juist een heleboel niet durven te klagen), Ze zouden te weinig vertrouwen hebben in de door de staat over ons aangestelde professionals (mij lijkt dat er weinig reden tot vertrouwen is) en er moeten meer rechters komen om de zaken deugdelijker te behandelen (er zijn teveel zaken en dus eerder teveel rechters).

Desondanks steunt de SP het parlementair onderzoek naar de jeugdzorg. Het kost moeite om Marianne duidelijk te maken dat structurele aspecten van misstanden in de jeugdzorgbureaucratie ook structurele gevolgen hebben voor het inhoudelijk functioneren. Oftewel dat er alle rede is om de gang van zaken te wantrouwen.

Uit betrouwbare vertrouwelijke bron weet ik dat er in België ook met politici over deze zaak is gecorrespondeerd om te voorkomen dat deze vluchtroute toch zou worden dichtgetimmerd.

Rouvoet heeft in deze zaak gereageerd met een brief aan de kamer. In het algemeen zijn de misstanden in de jeugdzorg aan de orde gekomen op een zeer druk bezocht congres in Rotterdam (naar aanleiding van de Rotterdamse advocatenbrandbrief over de Jeugdzorg).

Mogelijke contra-indicaties

In het kader van deze nominatie heb ik ook kennis genomen van het raadsrapport inzake de uithuisplaatsing en een rapport over de schoolresultaten van Tessa. Dit is gebeurd om een beeld te krijgen van eventuele ernstige contra-indicaties voor deze nominatie, voorzover dan althans raadsrapportages daar aan kunnen bijdragen. Ik heb hieronder mijn globale conclusies weergegeven. Hierbij is rekening gehouden met de privacygevoeligheid.

Uit het rapport valt te concluderen dat er wel redenen zijn voor enige zorg met betrekking tot de ontwikkeling van Tessa bij haar moeder. Dit is niet in strijd met wat de vader daar zelf over zegt. Gezien de situatie van de moeder is het aannemelijk dat parentificatie in de relatie met de moeder aan de orde zou kunnen zijn. Ernstigere acute bedreigingen voor de opvoedingssituatie worden in het rapport niet genoemd. De enige acute bedreiging blijkt juist het weghalen van het kind uit voor haar veilige situaties door kinderbescherming en jeugdzorg, zo valt in het raadsrapport zélf te lezen.

De ouders, en met name de vader hebben daarentegen, zo valt uit het raadsrapport op te maken zeer adequate oplossingen aangeboden om uit de problemen te komen. Versterking van de positie van vader in de opvoeding lijkt op zijn plaats. De ondersteuning van het familie-en vrienden-netwerk rond de ouders was een kans voor open doel. De Raad wenste dit echter niet op te pakken en geeft daar eigenlijk geen argument voor. De verder badinerende, niet onderbouwde, mededelingen in het rapport over karakterkenmerken van de ouders, ook die van de vader, zijn kenmerkend voor dit soort raadsrapportages. Vader beschouwt zichzelf als enigszins rationalistisch en de Raad probeert daarvan een negatief punt te maken. Het zegt hoogstwaarschijnlijk dan ook meer over de betreffende raadsmedewerkers dan over de vader, de zijn van geen enkele belang voor de nominatie. Een recente schoolrapportage versterkt het beeld dat het kind floreert onder de hoede van haar vader en is daarmee een onderbouwing van de boven weergegeven visie op dit raadsrapport.

Het geheel past in het algemenere beeld dat vaders als opvoeder niet serieus worden genomen, zelfs niet als hun hulp dringend noodzakelijk is.

Eventuele medenominaties

Door de jury is overwogen advocaat van Ruth (eventueel mede) te nomineren. Van Ruth is een van de weinige advocaten die effectief strijd voert tegen de wantoestanden in de jeugdzorg. Hij is in verband hiermee zelfs vervolgd door jeugdzorg. Hij organiseert bijeenkomsten voor jeugdzorggedupeerden en is ook een aantal keren in de media geweest. Zijn betrokkenheid is echter niet specifiek naar vaders gericht. Daar is op zich natuurlijk helemaal niets mis mee, maar voor een zelfstandige (mede)nominatie te weinig. Wel stel ik voor om Jan van Ruth bij de uitreiking te betrekken.

Overwegingen

Deze nominatie heeft als belangrijke pluspunten:

  • Een vader die zich volledig inzet voor zijn kind. Gewoon uiteindelijk doet wat te doen staat, angst en twijfel overwinnend.

  • Een vader die daarmee op opvallende wijze ook succes boekt en daarmee een uitermate kritische achilleshiel in het deels repressieve karakter van de Nederlandse jeugdzorg raakt.

  • Zijn zaak brengt nogmaals aan het licht hoe de hulpverlening vaders uitsluit bij het realiseren van oplossingen voor hun kinderen.

  • Deon combineert een praktische oplossing met een kritische stelling. Politiek en persoonlijk vallen daarin samen. Hij doet iets en het helpt ook nog. Daadkracht.

  • Deze actie zet het vaderschapsprobleem in een context waar hij hoort. Mensenrechten en asiel.

De gebruikelijke analyse is dat na het meisje van Nulde en Savanna de jeugdzorg teveel naar de andere kant is doorgeslagen. Dit is echter niet juist. Deze nominatie kan daar licht in brengen. Ook bij het meisje van Nulde en Savanna was de vader al buitengesloten. Bij het meisje van Nulde zelfs met politiegeweld.

Wel is er een continue lijn van uitbreiding van de overheidsbemoeienis via instellingen als de jeugdzorg. Het is niet bewezen dat dat een gunstig effect heeft op het welzijn van kinderen en op het handhaven van elementaire mensenrechten. Ergo er zijn veel signalen die er op wijzen dat de bemoeienis van jeugdzorg vaak katastrofaal is, en dat geld met name waar het de verbreking van de vader-kind-band betreft.

Deon is weliswaar duidelijk gemotiveerd, ook door de maatschappelijke kant van de zaak, maar besefte zich aanvankelijk ook niet helemaal hoe ernstig het met de voortschrijdende bemoeienis van jeugdzorg werkelijk zit. En de betrokken politici al helemaal niet.

Deze tekst is voor de jury opgesteld door Joep Zander, mei 2009

Bijlage

Post van mijn weblog met een rijke schat aan links, onder andere naar de Netwerk-uitzending en het overige materiaal van Netwerk. Zie: http://joepzander.wordpress.com/2009/03/05/vluchten-kan-wel-weer/

Geen opmerkingen: